STEFAN HERTMANS, VERSCHUIVINGEN 3/3
parafrase/werknotities
*
Na het instorten van de drie zuilen heeft de sociaaldemocratie het moeilijk om stand te houden tegen het globalistische neoliberalisme. Bovendien geraakte traditioneel links ook nog in een identitair en racistisch conflict verwikkeld met concurrerende nieuwkomers. Extreemlinks en extreemrechts vinden elkaar in hun strijd voor koopkracht. De massa wordt niet door ideologieën gemobiliseerd maar door emoties die gelinkt zijn aan concrete kwesties. De sociale cohesie en het middenveld brokkelen af. De socialemediabubbels garanderen niet dezelfde samenhorigheid als de zuilen van weleer. Het identitaire denken van de nationalisten wordt gekenmerkt door uiterlijke differentiaties, niet door een overeenkomst van intrinsieke rechten en waarden van de individuen. De coronapandemie bracht de zwakheden van het nieuwe model aan het licht. De problemen van vandaag moeten wars van nationalisme maar ook van links-travaillisme worden aangepakt.
*
Immigratie legt het problematische van onze gastvrijheid bloot. De vreemdeling stelt onze vanzelfsprekende identiteit ter discussie. Onze cultuur blijkt ook maar een van de vele mogelijke te zijn. Daarom moet de vreemdeling op de drempel blijven staan, hij moet zich als vreemde manifesteren. Ook de wet van het getal speelt mee. Eén vreemdeling is behapbaar, een groot aantal vreemdelingen is angstaanjagend en doet focussen op de verschillen. Dat is de kern van racisme en van onverschilligheid ten aanzien van de bedelaar en de noodlijdende dakloze. Grootsteden – tegenwoordig altijd divers – zijn geschikter om vreemdelingen op te vangen dan naties, die van identiteit afhangen.
*
Er zou in het Westen een achteruitgang van de (literaire) geletterdheid zijn. Nieuwe technologieën zorgen niet voor ontlezing, integendeel. Het probleem ligt dieper: het heeft te maken met de status van taal. De autoriteit van het woord is uitgehold. Het populisme spint garen bij anti-elitarisme. Leuk wint van waar. Emotie haalt het van feiten. Vrijheid van meningsuiting wordt een leeg begrip; elke poging tot objectieve duiding wordt als indoctrinatie weggezet. En men kan zich afvragen wat literatuur nog vermag in een tijd waarin het onderscheid tussen fictie en fake news niet meer duidelijk is.
*
We moeten uitkijken naar nieuwe postkapitalistische levensvormen op onze vervuilde planeet. De ‘wereld’ moet zoeken naar een nieuwe harmonische omgang met de ‘aarde’ (‘Gaia’). Dit vergt ook een andere opvatting van de tijd. Mobiliteit en vermenging worden de norm – wat nationalisten daar ook mogen van beweren.
*
Eigentijds zijn door oneigentijds te zijn: de donkere kant van het heden vatten. Utopieën dreigen altijd ook de onvatbare dynamiek te doden die nodig is voor verandering. De hoop mag niet worden verlamd door (goedbedoelde) regelgeving.
*
Geweld legt woorden het zwijgen op. De nieuwe oorlog leert ons dat, na de onttovering en de machtsgreep van de ironie, onze enige kans op transcendentie in woorden besloten ligt.