droom #24
Ik ontwaak om half zeven uit een zeer ingewikkelde, langdurige en ongemeen heldere droom.
Ik ben in een park. Bij een hoger gelegen, cirkelvormig en droog staand waterbekken staat een vrouw. Zij is de koningin van Nederland en maakt een gemene opmerking over mijn privéleven. Ik vermoord haar. (Hoe, dat heeft mijn droomcensor niet laten passeren.) Ik bel meteen de hulpdiensten. De persoon die het eerste bij mij is, blijkt de kroonprins te zijn. Hij is heel vriendelijk. Ik laat me door hem in de handboeien slaan en gevankelijk wegvoeren. Hij behoedt er mij voor in de handen van het woeste volk te vallen. Ik ontsnap aan een gewisse lynchpartij. Daarvan heb ik een zeer helder besef. En ook van het feit dat mijn leven door mijn daad een drastische wending krijgt.
Volgende onderdeel: het onderzoek. Een heel vriendelijke mevrouw stelt me allerlei psychologische vragen. Ik vind dat prettig. Bijvoorbeeld: zou ik liever met mijn zus gaan wandelen dan mijn moeder een cadeau geven? Het volgende onderzoekje is bij een man. Er komen aquarellen aan te pas. Aan de hand van die plaatjes wordt duidelijk dat ik heel veel aandacht nodig heb. Heb ik daarom die moord gepleegd?
Deel drie. Ondertussen is de mediamolen op gang gekomen. Ik mag, vreemd genoeg, mij vrij over straat naar mijn cel begeven. Ik zoek dekking want daar komt weer iemand die erop uit lijkt mij te lynchen. Ik voel me in het nauw gedreven en vraag me af ik niet beter zelfmoord zou plegen. (Al was het maar om de psychologische tests te weerleggen die hebben aangetoond dat ik alvast die neiging niet heb.)