Bloesem
In Brugge schrijft P. : 'Op mijn weg
van het station naar huis waaien
de neervallende paardekastanjebloesems
op mijn hoofd.' En ik loop langs het kanaal
van Gaarkeuken naar Groningen
en de rosse-witte bloesem sneeuwt
en ligt in bijeengewaaide heuveltjes
langs de kant. En P. leest
het dagboek van Thomas Mann
en denkt na over wat je moet
in het leven en hoe alles verdwijnt
en dan schrijft hij: 'Je moet máken...'
'Veel meer is er niet.' En een ander
die dat leest, denkt aan de bloesem in Brugge.
Remco