maandag 2 juni 2008
35 * 27,19 * 1199
Al na een kilometer of vier voel ik dat er onvoldoende brandstof in de tank zit, maar vanuit de vooronderstelling dat het rendement van een weekend intensief fietsen (in de streek van Madame Bovary: 123 * 24,90 * 1044 en 120 * ? * 1164) voor de conditie nihil is als er weer een periode van een week of drie fietslozigheid op volgt, en bovendien vanuit de wielertoeristenwijsheid dat het goed is om met een klein verzet stramme spieren al meteen de dag na een (relatief) zware inspanning los te gooien, bijt ik door en maal de volledige rit Nieuwege, Zandvoorde, Houtave met een gezapig tempo af. Ik zie dat de grassen in de berm zijn gegroeid, evenals de eendenkuikens in het water van het kanaal. Er rijden nogal wat ouwe mannetjes rond: pezige gepensioneerden, die de uren die hen scheiden van het door moeder de vrouw bereide middagmaal en het daarop volgende verteringsproces met stugge verbetenheid wegtrimmen. Het land is grijs, het nevelt. Kleurtoetsen: boterbloem (x 1000), klaproos (x 1000), een blauwe pijl op de weg geschilderd. En nog een. De treiterige leeuwenvlag van een blokker die even buiten de dorpskern van Houtave een villa betrekt. Een lompe tractor rijdt me bijna van mijn sokken – ik begrijp het, wie op maandagmorgen werken moet, benijdt mijn vrijheid. Ik probeer mijn snelheid niet te laten zakken en zie af.