zaterdag 27 januari 2018

de winter van 2018 – 21

22 januari 2018

109 – Joel Meyerowitz geeft, binnen een overdenking over het verschil met straatfotografie waarop ook mensen te zien zijn, een eenvoudige maar juiste definitie van een portret – gek dat ik het nooit eerder zelf heb bedacht: ‘A portrait suggests a more intimate encounter, a shared moment, an agreement that “we are in this together” for however brief a time.’ (Where I Find Myself, 93) Er staan een aantal elementen in die definitie die toch het overdenken waard zijn: intimiteit, ontmoeting, gedeeld en samen, ogenblik (hoe kort ook), contract… Een portret, in deze zin, lijkt minstens te impliceren dat de geportretteerde wéét heeft van het feit dat de fotograaf een foto maakt. (Dat is een van de verschillen met straatfotografie, waar de in beeld gebrachte mensen niet noodzakelijk op de hoogte zijn van het feit dat hun toevallige passage in het oog van de fotograaf en dan in de zoeker van diens fototoestel (hoewel, niet altijd in die volgorde!) wordt vastgelegd.) Er is instemming. En door die instemming verandert de relatie tussen beide. Er is sprake van een expliciet vertrouwen. De gefotografeerde kan meteen ook een versie van zichzelf tonen. De fotograaf interpreteert die versie, eventueel in het licht van wat hij al van de geportretteerde weet – want ja, een portret van een nieuwe, nooit eerder ontmoete persoon is wel degelijk mogelijk. Volgens Meyerowitz kijkt de fotograaf aandachtig, en hij ontwaart in de geringste details – de blik, de houding, de kleding – gegevens over de persoonlijkheid van de persoon die hij voor zich heeft. Vraag is natuurlijk in hoeverre de fotograaf, zeker bij personen met wie hij niet vertrouwd is, over voldoende informatie kan beschikken om in die interpretatie van hun versie een waarheid omtrent hun persoonlijkheid te detecteren. Hij beweert van wél – ‘of course, when you are carefully observing someone, their personality flows from them no matter what they try to show or hide – maar ik ben niet zeker of ik het daarmee eens kan zijn.


Joel Meyerowitz, Young Woman
Eating a Plum, Provincetown, 1981
Hangt het van de  in het portret vastgelegde concordantie tussen versie en waarheid omtrent de geportretteerde af of een portret geslaagd is? Het heeft daar wellicht iets mee te maken. Maar hoe kan dan diegene die het portret bekijkt dat beoordelen? Want wat weet hij/zij van de geportretteerde? En van de fotograaf?