dinsdag 11 mei 2010

mijn woordenboek 259

ALERT

Wie een huis zoekt, merkt dat hij naar zaken begint te kijken die hij vroeger nooit zou hebben opgemerkt. Opeens dient er uitgekeken naar ‘iets met een garage’, ‘iets met een tuin’, ‘iets dicht bij het station’ en alles wat niet aan die criteria beantwoordt, wordt niet eens in ogenschouw genomen. Wie in de knopendoos een knoop zoekt om aan een rode jas te naaien, ziet alleen de rode knopen. Idem voor de doos met draadklossen. Wie in Engeland een rotonde nadert, moet leren eerst naar rechts te kijken. Een man op zoek naar een lief heeft alleen maar oog voor vrouwen. Huwbare, mooie, beschikbare. Mannen die uit zijn op een interessant gesprek zullen zijn aandacht niet weten te capteren.

Alert zijn is een bril opzetten. De werkelijkheid selectief bekijken. De oneindige hoeveelheid mogelijke waarnemingen voorsorteren. Het verwarrende met dit woord is dat je voortdurend een sirene hoort afgaan. Etymologisch is het inderdaad door alarm bezwaard. Maar het hoeft niet altijd met gevaar te maken te hebben. Soms wel, maar zeker niet altijd. Alertheid heeft te maken met hoe je naar de wereld kijkt en met niet alles kunnen zien. Met op tijd datgene te zien wat op dat ogenblik relevant is. Alert zijn voor het teveel, voor proliferatie. Ervoor zorgen dat je niet verzuipt.