woensdag 18 februari 2009

Mijn woordenboek (218)

AFTAKELINGSPROCES

Het zal wel een oefening zijn op het grote bergafwaarts, de fascinatie die we hebben voor in elkaar zakkende puddingen die in de ijskast zijn blijven staan, beschimmelende kazen, door toedoen van de droogte barstende zandoppervlakken, rottend hout, verkleurende bladeren, vergelende bladzijden, verslijtende banden, asfalt dat omhoogkomt door wortels-die-hun-werk-doen, afbladderende verf, afgelopen schoenen, roestende carrosserieën, enzovoort.

Het is overal, we zullen niet kunnen zeggen dat we niet hebben gezien: de spikkels in de spiegel, de vervaging in ons zicht, de craquelures in ons gezicht, de groeven op ons voorhoofd, de eelt op onze ziel, het kraken van onze stem, het verschrielen van ons karuur, het uitzakken van onze vlezigheid, de amechtigheid van onze adem, de verstomming van ons gehoor, het uitvallen van ons hoofdhaar, het stilvallen van onze machinerie, het uitdoven van ons licht, het sterven, de dood.