donderdag 26 februari 2009

Dag 547 vVH&C

090215, 090217 en 090225 – Een vliegtuig dat zich in een van de torens ‘boort’, de vlammen die uit de ramen slaan, de brandende mensen die zich naar beneden storten. In Het verdriet van een Amerikaan komt dit alles ter sprake, zij het heel summier en niet meer dan zijdelings. Toch had Siri Hustvedt dit boek nooit vóór ‘nine-eleven’ kunnen geschreven hebben. Meer nog: het gat dat toen in de New Yorkse bodem werd geslagen, de ‘Ground Zero’ genaamde leegte waarin de Amerikaanse eigendunk verdween, staat centraal in deze roman. In dat gat laat Hustvedt haar talrijke personages en de verwikkelingen waarin deze personages gevangen zitten onstuitbaar wegkolken.

Het boek bestaat uit een hoofd- en enkele nevenplots. De hoofdplot kan in enkele zinnen worden samengevat. Erik, een blanke psychiater in New York in het midden van zijn leven, probeert na zijn scheiding zijn leven op orde te houden. In de zorg voor zijn patiënten en in de verhalen die zij vertellen vindt hij houvast. Maar de zieken spiegelen hem ook de barsten in zijn eigen ziel voor. Erik wordt verliefd op de alleenstaande Jamaïcaanse Miranda, die met haar dochter Eggy de verdieping onder de zijne komt huren. Er is toenadering, maar de romance gaat niet door.

Intussen zijn de nevenplots al volop aan de gang.

Jeff Lane, de ex van Miranda maar ook de vader van Eggy, betrekt Erik in een vreemd artistiek project waarvoor hij in Eriks privacy moet inbreken. Ondertussen rouwt Erik zelf om zijn pas overleden vader. Samen met zijn zus Inga, die pas weduwe is geworden, graaft hij in het verleden van het gezin waaruit zij zijn voortgekomen en stuiten op een geschiedenis van immigratie, hard labeur, militaire discipline en de in elke familie onvermijdelijke teleurstellingen. De vertrouwde mix dus van geheimen, kwetsuren en allerlei vormen van verlies. Sonia, het dochtertje van Inga, verwerkt een recent opgelopen trauma: zij heeft mensen uit de WTC-torens zien springen. En zo heeft iedereen wel iets te verwerken. Telkens gaat het om een verlies, kwetsuur, litteken, trauma, leegte… Op tal van manieren keert dit terug: een huwelijk dat in een scheiding is tenondergegaan, een ouder die is overleden, enzovoort… Elk personage heeft wel iets te verwerken. Soms manifesteert de leegte zich wel heel nadrukkelijk want twee personages hebben te maken met amputaties, en er is ook sprake van portretfoto’s waarop de ogen zijn weggekrast, enzovoort… De leegte, de leemte, het gat: dat is het centrale motief van Het verdriet van een Amerikaan.

Het is een eigenaardige titel. De lidwoorden zijn niet onbelangrijk. (In het Engels: The Sorrows – meervoud – of an American.) Het gaat om een aanwijsbaar verdriet, maar dan wel een dat om het even welke Amerikaan en misschien wel alle Amerikanen treft.

Siri Hustvedt vertelt op haar manier de recente geschiedenis van Amerika. Het beginpunt is de immigratie – daarom is die familiegeschiedenis belangrijk, en er is ook de nadruk op het multiraciale karakter van de Amerikaanse samenleving. Deze geschiedenis kent een voorlopig eindpunt bij de naweeën van nine eleven. Dáár is natuurlijk het grootste gat geslagen. Er is voor en er is na 9/11. De American Dream ligt aan diggelen: weg ongebreidelde vooruitgang, weg onschendbaarheid, weg suprematie. Het nationale trauma 9/11 heeft de kwetsuur in elke Amerikaan blootgelegd.

Toen ik over de FDR Drive zoefde keek ik uit het raampje naar de reusachtige Pepsi-Colareclame die aan de overkant van de East River in het donker zweefde, en ik vond hem prachtig. Het oplichtende symbool van een al bijna ouderwetse vorm van Amerikaans kapitalisme riep op dat moment een gevoel van verlies op, alsof de letters een niet meer bestaand, collectief verlangen uitstraalden. Het was idioot om geëmotioneerd te raken van een frisdrankreclame, maar toen het beeld was vervaagd, dacht ik: ze gaan achterelkaar dood, onze vaders en moeders – de immigranten en de bannelingen, de soldaten en de vluchtelingen, de jongens en de meisjes – van ‘weleer’.

Siri Hustvedt, Het verdriet van een Amerikaan, 268