woensdag 28 juli 2021

wolken 4232-4249

wolkenfragmenten uit Bodo Kirchhoff, Het onkind

4232

Elke ochtend is het speuren naar de eerste wolken, op het enige balkon op de tweede verdieping van het oude hotel (…) (20)

4233

Hij rijst op als een echte berg, het grootste deel nog met een donkerblauwige nevel boven de sparren, de boomloze top even helder als de wolkeloze junihemel erboven. (104)

4234

En hoe vaker ik voor de ingelijste folder naar de foto’s sta te kijken, bijvoorbeeld van een op het strand voor het hotel staande vrouw in badpak, die haar armen in de lucht gooit alsof ze juicht, of van twee kinderen met een grote strandbal, niet ver van de scherpe punten van de agave, hoe meer die oude zwart-witfoto’s van strand en hotel onder een steevast onbewolkte, met zijn intense blauw bijna donkere hemel, iets weergeven van dat dubbele dat zich op zulke stralende dagen als Sacramentsdag, maar ook daarvoor al in het hotel boven de moerassige Schwarzsee, stilletjes in mij heeft ontwikkeld, namelijk dat ik met mijn ogen alleen de zomer zie, alles wat leeft, en met mijn gedachten het tegendeel, het einde van alles. (106)

4235

Maar wat de band tussen ons, Hans en Grietje, nog hechter maakte, was de terugreis naar het internaat aan de Bodensee, met de trein door het Zwarte Woud, de hellingen grauwwit onder laaghangende wolken, stoppend op trieste stations (…) (241)

4236

De passagier met het contante geld in zijn colbertje drinkt de Moezelwijn die de Lufthansa aan boord serveert, zijn vrouw een glas droge sekt; ze zuigt de sfeer boven de wolken op (…) (258)

4237

Het was een broeierige dag en we ontvluchtten Venetië algauw om weer naar een meer te rijden, wederom op aandringen – de man achter het stuur noemde het zaniken – van de bijrijdster, en toen we tegen de avond het meer bereikten, vermoedelijk bij Garda, hingen er donkere onweerswolken. Het woelige water had een groenige tot witachtige kleur, de bergen boven de oever aan de overkant lagen achter een regengordijn en hoe verder we in noordelijke richting langs het meer reden – ook nietsvermoedend door de plaats die nu mijn zelfverkozen huis is –, op zoek naar het goedkoopste onderdak, hoe vijandiger het meer werd, uiteindelijk met een reusachtige rotswand aan de overkant, waaraan wolkenflarden hingen. (262)

4238

De camera dei libri met zijn ratjetoe aan achtergelaten of bij het vertrek vergeten, misschien ook speciaal gekochte, maar waarschijnlijk zelden door een schrijver achteraf gestuurde boeken met een opdracht voor het hotel (zoals dat van zijn moeder), ontwaakte pas vandaag, na drie bewolkte dagen uit zijn slapende bestaan en moest het meteen al opnemen tegen de goed bezochte fitnessruimte. (268)

4239

(…) viel het oordeel over het begin gunstig uit, dan namen ze plaats in een stoel, alleen op het puntje, om de hele bladzijde een kans te geven, en als ze daarna het hele boek wel zagen zitten, verlieten ze het vertrek met hun leesbuit voor de eerstvolgende bewolkte dag. (268)

4240

(…) morgen schijnt het weer droog te worden, er is ons nog een hele wolkeloze week beloofd, naar men zegt de laatste voor de eerste najaarsstorm. (275)

4241

Hoewel de zon sinds vandaag weer schijnt, er geen wolkje aan de lucht is en we volgens het weerbericht nog zes perfecte dagen voor de boeg hebben, worden er op de voorste rijen al strandstoelen ingepakt (…) (287)

4242

(…) de hemel bedekt met wolkjes die steeds kleiner worden. (344)

4243

Eerder dan het weerbericht heeft voorspeld is de hemel boven de Tyrreense Zee weer onbewolkt, diepblauw, en kan ik opnieuw in de open balkondeur zitten, half binnen, half buiten werkend (…) (348)

4244

Zo ontstaat schilderij na schilderij, allemaal verticaal, altijd met een horizon, daarboven de hemel en aan de wijde hemel of tussen de wolken het zwevende ei. (361)

4245

(…) weerberichten uit het jaar dat mijn ouders hier logeerden, die sprookjesachtige dagen, waren niet te vinden, maar er zal wel een bewolkte of regenachtige dag tussen hebben gezeten. (384-385)

4246

De wolken zijn weggedreven, ze zou nog best even willen gaan wandelen. (386)

4247

Niet huilen, we zien elkaar gauw, op je verjaardag, zegt de zoon voor het raam van zijn werkkamer met uitzicht op de wolkenkrabbers van Frankfurt, een bijna smekend verzoek in de telefoon. (398)

4248

(…) op de achtergrond Tiroolse bergen, zonder rotsen, erboven een hemel met niet meer dan een paar sluierwolkjes, heel zomers. (399)

4249

(…) ik zie het zomerse, terwijl we aan de Riviera dei Fiori, ook al zijn de wolken verdwenen, inmiddels duidelijk op de herfst afkoersen. (399)