woensdag 29 maart 2017

wolken 2272-2277


wolkenfragmenten uit Pierre Michon, Koningslichamen

2272
Grote leikleurige wolken jagen langs de hemel. (13)

2273
‘Het had geregend, de vogels begonnen te zingen en grote leikleurige wolken joegen langs de hemel.’ (Michon citeert Gustave Flaubert: 36)

2274
Zo heb ik het begin van Salammbô gehoord, het begin van La Guerre du feu, de beroemde bladzijden uit Mémoires d’outre-tombe over de maan tussen de wolken van de Nieuwe Wereld, een flink aantal gedichten van Parnassiens, en Booz. (71)

2275
Wolken joegen langs. (83)

2276
Door het raam zag ik de grote muur, de vier zegezuilen, de duizelingwekkende boekdelen waarin de wolken, de vervliegende hemel, het langsjagen van de dag geschreven stonden: het was het grafmonument van een oude, languit liggende man die ik van kant had gemaakt. (85)

2277
De zon had de wolken overwonnen, hij scheen weer, de vier torens schitterden: de leegte in mij was goed opgeschoten, de leegte dong naar het licht. (86)