071019 – Een hele avond zitten lezen in 365, het dagboek waarmee Joris Gerits vorig jaar op 64-jarige leeftijd debuteerde. ‘Kanker’ en ‘Licht’ zijn de twee sleutelwoorden. Het eerste spreekt voor zich en woekert in heel het boek, in tal van kennissen en familieleden, het lijkt wel overal; het tweede is de koosnaam van de geliefde die Gerits in dezelfde periode als waarin hij met de ziekte een gevecht voert heeft verlaten. 365 biedt geen opwekkende lectuur. En het is, zoals Gerits overigens zelf beseft, zeker ook geen grote literatuur. Maar het is wel verdienstelijk te noemen, hoe een man die met zoveel verdriet en pijn af te rekenen krijgt, en die precies om de kop boven water te houden dit dagboek schrijft, een toon weet te treffen die berustend en mild klinkt, en toch ook een verbeten moed uitstraalt. Ik beveel niemand dit boek aan, maar als het uw weg kruist, besteed er dan toch aandacht aan. Bedenk hoe je zelf in dergelijke omstandigheden zou zijn.
071029 – Keerzijde. Op zoek naar een afbeelding kom ik op de website van Koen Fillet, waar zich in de comments een klein discussietje heeft ontsponnen over Gerits’ dagboek. Wat ik al een beetje vreesde, blijkt waar te zijn: het dagboek is een jeremiade waarin Gerits anderen niet, en zichzelf wel spaart. Maar doet dat iets af aan de literaire kwaliteit, voor zover die er is natuurlijk?
En nog een opmerking. Ik kocht het boek na het lezen van een dolenthousiaste recensie van Frank Hellemans in Knack (‘het zou wel eens kunnen dat 365 hét Vlaamse literaire boek van 2007 is'). Ach ja, ik had eerlijk gezegd vergeten dat Hellemans bij mij al eerder was opgevallen met, hoe zal ik het zeggen, niet volledig onopportunistische commentaren. En dat is met uitgerekend de voorzitter van het Vlaams Fonds voor de Letteren, wat Gerits behalve ziek en verlaten ook is, niet geheel ondenkbeeldig.