zondag 24 juli 2005
50 * 28,36 * 2817
Zes dagen na de laatste etappe van de achtdaagse fietsreis naar Marseille rijd ik de benen los in de Polders. De vorige keer dat ik fietste, rondde ik de Ventoux. Ik zoek troost in een cd van Gérald de Palmas, die ik ginds heb leren kennen: J’obéis aux lois de la nature / Je ne me lève pas quand c’est trop dur / Je ne connais pas la peur, mon corps et mon coeur son sûrs. Tussen Damme en Moerkerke rijd ik samen op met een tanige zestiger, die er een iets minder gezapig tempo op na houdt (hij rijdt 33). Zoals dat in het leven gaat: twee levenslopen komen samen, stromen een tijdje door hetzelfde dal, en gaan dan op een onvoorzien moment terug uit elkaar. Een torenvalk vliegt een paar honderd meter voor me uit. Ik bewonder de spoelvorm van het lichaam, de haakse inplanting van de bruinrode vleugels. De sierlijkheid. Mocht het u interesseren, een ongehaaste torenvalk vliegt (als hij niet bidt) ongeveer 40 per uur. Traag, hé? En dan zwenkt hij opzij en ook hier geldt: uit beeld. De regenwolk die was aangekondigd komt stilaan boven mij te hangen, ik kom onder de eerste aarzelende druppels terug thuis.