vrijdag 22 november 2024

een mooi moment, vorige week 68

241112

ANDERE ZORGEN

Sinds corona werk ik meestal thuis. Slechts af en toe moet ik nog eens naar Brussel voor een vergadering, die vooral lijkt te worden belegd opdat de collega’s elkaar nog eens in levenden lijve zouden zien. Om redenen die er hier verder niet toe doen – en die ik misschien, indien het mij zou worden gevraagd, niet eens zou kunnen toelichten of verwoorden – valt het mij zwaar om de verplaatsing naar mijn werkplek te maken. Ik reageer fysiek op dit onbehagen: mijn lichaam wordt loodzwaar, mijn geest vertraagt, mijn spijsvertering snakt naar de uitweg, ik geraak in ademnood en er komt een krop in mijn keel. Ik moet mezelf dwingen om niet rechtsomkeer te maken naar hetzelfde ondergrondse station waaruit ik enkele minuten eerder tevoorschijn ben gekropen.

Aan het koffieapparaat treffen mijn collega’s mij in deplorabele toestand aan. Letterlijk: het huilen staat mij nader dan het lachen. Op de welgemeende en bezorgde vraag van een van hen – Ça va? – antwoord ik kortaf: ‘Neen.’ Ik sleep me door de vergadering, waar niets tot me doordringt, en spoor onmiddellijk erna terug naar huis. In de loop van de namiddag, tijdens het thuiswerken, informeren drie collega’s onafhankelijk van elkaar naar mijn toestand. Hun oprechte bezorgdheid verwarmt mijn hart. De vierde die getuige was van mijn crisette zou in de loop van de dag oma worden en heeft andere zorgen aan haar hoofd. Life goes on.