zaterdag 6 september 2008

Het bestáát (7)

080814 – De bakkerij aan het vierkante plein van Monségur gaat pas terug open om half vier: we bevinden ons al redelijk ver in het zuiden. Omdat we het middageten vergaten en er tussen de homp brood met confituur van het ontbijt en het avondeten net iets te veel tijd ligt, hadden we een kleinigheidje willen kopen. We drinken in afwachting van het openingsuur een grand café crème op het terras van Café Jazz, op de hoek van dezelfde zijde van het vierkant, onder dezelfde arcade. Het wordt twintig voor vier en nog valt er in de winkel geen beweging te bespeuren. Uit de radio van het café, een jazzzender uiteraard want het is een jazzcafé, weerklinkt een jazzy bewerking van ‘A Hard Day’s Night’. Eindelijk zien we iemand met een baguette voorbijkomen. Onze tijd is gekomen. We betreden de bakkerij en kiezen er een kleine frangipannetaart. De diepgedecolleteerde bakkersvrouw, slaap nog in de ogen, reikt tot diep in haar glazen toonbank. Daarin liggen ook twee grote rechthoekige appeltaarten. Gepersonaliseerd en wel: Bon Anniversaire Cécile staat er met stroop op de ene geschreven. De andere taart is voor André. We vragen of het hier de gewoonte is om bij verjaardagen van die mooie appeltaarten te bakken. Het decolleté is duizelingwekkend. Ja, het is de gewoonte. Ik feliciteer haar, het zijn hele mooie taarten. Ze zal het compliment overmaken aan haar man, hij heeft tenslotte die taarten gebakken. Het is onmogelijk voor een mannenblik om zich niet in die afgrond te verliezen. De bakker ligt vast nog verwikkeld in zijn middagslaapje. Het is een heerlijke frangipanne. We verlaten Monségur met mooie herinneringen.