vrijdag 31 augustus 2007
37 * 30,47 * 1347
In het kanaalwater achtereenvolgens: een dode dobberende vis van wel een halve meter, een lege dobberende plastic fles, een dobberend stuk piepschuim. Op de radio, die ik met me meevoer en dan ook beluister (het zou anders geen zin hebben, dat meevoeren), Lieven Vandenhaute, die zijn best doet om op een olijke manier over cultuur verslag uit te brengen en zodoende op zijn manier ook dobbert, een paar liedjes die ik tof vind, en dan ook nog ‘Crimson and Clover’ van Tommy James & The Shondells en ‘And Then She Kissed Me’ van The Beach Boys, dat zijn twee liedjes die ik nooit tof heb gevonden en ook nooit tof zál vinden. Na het keerpunt, tot waar ik tegen de zeewind in heb gereden, volgt het gemakkelijke deel: ik haal snelheden van tegen de veertig per uur – which was nice. Een koppel patrijzen maakt bij het opvliegen een geluid dat mij eerst (wanneer ik de vogels nog niet heb gezien) doet denken dat ik vooraan een klapband heb. Wanneer ik opnieuw het kanaal bereik, maar nu aan de overzijde, de noordkant, verneem ik via sms dat ik nooit een Luikse wafel in Gent moet kopen.