maandag 24 augustus 2020

per fiets naar de Midi 8


200807

etappe 6/9 – Charolles-Reyrieux – 106 km (a)

Om kwart voor zeven ben ik al de piste in. Mijn voormiddagrit voert mij langs de localiteiten Aigueperse en Monsols over de Col du Champ Juin (742 m) en de Col de Crie (622 m), in een voorgebergte van het Massif Central, dat ik dus besloten heb niet te zullen doorkruisen. Daarna wacht mij de spectaculaire afdaling naar Beaujeu. Ik bevind mij, na de Champagne, in de Beaujolais. Temperaturen en hoogtemeters gaan in stijgende, de kwaliteit van de streekwijnen in dalende lijn.

Het picknicken voltrekt zich opnieuw in de schaduw van een kerkportaal. Dit keer te Odenas. Water is te vinden op de begraafplaats. Het is bloedheet nu. Binnen gehoorafstand staat de hele tijd een vrachtwagen te ronken: wellicht ter voeding van de airco binnen. Een vrachtwagenchauffeur moet toch in de koelte kunnen dutten, nietwaar? Wanneer ik bijna klaar ben met mijn worst-kaasscenario, rijdt het voertuig weg en kan het eindelijk stil worden. Een bank om op te rusten vind ik pas in een parkje in Villefranche, een middelgrote, aan de Saône gelegen stad.


Elke reis kent zijn pechdag. Wel, hier begint de mijne. Aanvankelijk gaat het nog goed. Na mijn siësta beland ik op het terras van het Family’s Café, waar, zo blijkt uit een tegen de gevel bevestigde plaquette, ‘le capitaine Giraud’ in de voormiddag van 3 september 1944 zijn commandopost vestigde om vanuit dit provisoire hoofdkwartier de stad te bevrijden. Zou hij er menige pastis of fles beaujolais genuttigd hebben?, vraag ik mij dan af. Ik drink twee cafés allongés, beide vergezeld van een glas met ijsblokjes gekoeld water, alles samen voor de ronde som van 3 euro – je moet het op de Brugse markt eens proberen. De bazin monstert mijn fiets en spreekt: ‘Vous avez toute votre maison avec vous!’ ‘Oui,’ antwoord ik, ‘comme les escargots!’


Maar ondertussen blijkt mijn achterband, allicht door toedoen van de hitte, leeggelopen. Ik reis voor de eerste keer met een smartphone en ontdek daar nu stilaan de voordelen van. Blijkt dat er op 900 meter van hier een fietsenzaak open is. Ik daar dus naartoe en, jawel, zo’n pechdag is het nu toch ook weer niet want binnen het kwartier kan ik opnieuw aan de slag met een nieuwe binnen- en buitenband, gepakt en gezakt.