Dag Pascal,
Een verschil tussen het Oosterse en Westerse denken is dat wij geloven in vooruitgang. Nieuwe technieken zullen de kwaliteit van ons leven verbeteren. Voortgaande ontwikkelingen in onderwijs en opvoeding zullen de democratie bevorderen. Dit geloof heeft een forse klap gekregen door de treurige geschiedenis van de 20ste eeuw. Toch geloven we nog steeds in vooruitgang en vinden we vernieuwing van groot belang. In de wetenschap zoeken we naar nieuwe oplossingen van oude problemen, maar ook in de kunst moet je vernieuwend bezig zijn. Een kunstenaar die te horen krijgt dat zijn stijl ouderwets is of uit de mode, kan wel ophouden met naar buiten treden. (Als zijn drijfveren zuiver zijn, zal hij of zij voor zichzelf blijven werken.)
In het Oosten begrijpt men dat gejaag achter nieuwe ontwikkelingen niet goed. De waarheid van een juiste opvatting veroudert niet. Wat goed is blijft goed. Wie steeds iets nieuws zoekt, heeft kennelijk geen vrede met bestaande ideeën. Je moet innerlijk wel arm zijn om voortdurend nieuwe dingen aan te slepen.Het is de vraag of het Oosten weerstand kan bieden tegen de zogenaamde vooruitgang die het Westen brengt. Zullen de Chinese boeren gelukkiger worden in de stad met stompzinnig vermaak, eindeloos gechat en gebel?
Vale,
Remco