maandag 3 maart 2025

boekverhaal 19

In deze rubriek heb ik het over door mij gelezen of in mijn bezit zijnde boeken waar een verhaal aan vasthangt of die iets bijzonders voor mij betekenen.


NAAKT OF KAAL

Ik las de vertaling van Desmond Morris’ bestseller vijftien jaar na de publicatie van dat in die tijd baanbrekende werk. Toen heette de vertaling nog De naakte aap, enkele jaren geleden verscheen een zoveelste editie onder de titel De kale aap. Wat toch wel verwarrend is want het adjectief dat Desmond koos voor zijn titel slaat niet enkel op het ontbreken van hoofdbeharing maar op het ontbreken van beharing tout court, van lichaamsbeharing dus – behoudens enkele plekjes uiteraard, voor zover epileertang of waxstrips of mogelijk nog andere torturen er niet aan te pas zijn gekomen. ‘Intiem geschoren’ is een specificatie die ik in bepaalde advertenties wel eens heb zien opduiken, maar ik dwaal af.

Niet omwille van de inhoud breng ik dit boek ter sprake. Het gaat over de mens-als-aap, over het feit dat als wij ons als homo sapiens sapiens onderscheiden van onze evolutionaire voorgangers, dat alleen maar een kwestie is van een dun laagje beschaving: in werk, spel en seks zijn de overeenkomsten met chimpansees en bonobo’s groter dan wij geneigd zijn toe te geven. Nu kijken we daar niet meer van op, maar in 1967 waren dergelijke op wetenschappelijk onderzoek gebaseerde en met vulgariserende pen weergegeven inzichten nog grensverleggend.

Neen, wat mij vooral is bijgebleven van het boek is niet de inhoud, waarvan ik dus akte nam in 1982, maar wel de cover.

Op het eind van de jaren zestig was ik acht en het niet gewoon om in mijn ouderlijk huis kale apen te zien, laat staan naakte. Ook al waren ze ruggelings in beeld gebracht, de aanblik van drie blote mensen op de cover van het boek dat mijn ouders, wellicht mijn vader, in huis had gehaald, liet mij niet onberoerd. Bloot was in die mate niet aan de orde in het gezin waarin ik opgroeide, dat het zo ongeveer de eerste keer moet zijn geweest dat ik een blote mens onder ogen kreeg, in welke vorm dan ook: zeker in de werkelijkheid, maar ook op een foto, in een film… Ja, ik kon zelfs niet onbeschroomd kijken naar de reproducties van schilderijen waarop naakte mensen, altijd vrouwen in dat geval, te zien waren. Het meest en in elk geval meest evident aanwezige naakt was de bijna geheel uitgeklede Christus aan het kruisbeeld, dat in allerlei vormen en formaten op vele plaatsen in mijn toenmalige wereld – huis, school, kerk – aanwezig was.

Nu klinkt het belachelijk, en dat is het ook natuurlijk, maar ik herinner me zeer goed welke impact de aanblik van dat boek op mij had. Ik durfde het niet te bekijken wanneer mijn huisgenoten in de buurt waren. Maar ik heb het wel herhaaldelijk uit de rij toen ik alleen thuis was. Niet om het te lezen, maar om naar die drie achterkanten te kijken: een man tussen aap en vrouw, een vrouw tussen man en kind, en dan, helemaal rechts, dat kind, een meisje. De aanblik van dit drietal liet onmiskenbaar een indruk na op het toentertijd nog onbeschreven blad van mijn seksualiteit. Kon het ook anders, met het volstrekte taboe dat daarop heerste in het gezin waarin ik opgroeide? Bloot was iets wat niet of hooguit lacherig ter sprake kwam. Het bleef in elk geval altijd verhuld, onzichtbaar, met schaamte beladen.

Ik keek naar die foto en was, zo herinner ik me nu nog altijd, verbaasd want die drie mensen hadden zich toch hand in hand laten fotograferen? Hoe kon dat nu? Dan moesten ze toch elkaars naaktheid hebben gezien? En dan had dat kind toch ook die twee volwassenen bloot gezien? Dat ging mijn bevattingsvermogen te boven.

Eigenlijk was alleen al het woord ‘naakt’ in de titel een onmogelijkheid. Waarom hadden mijn ouders een dergelijk boek in huis gehaald en achteloos een plek gegeven op de vensterbank tussen een rijtje andere boeken, waar ik zomaar bij kon? Ze zegden er niets over, en ik durfde er niets over te vragen...