dinsdag 4 juni 2024

notitie 424

RENDEMENT

De wijk die mij is toegewezen om folders te bussen van een partij die, als ik de peilingen mag geloven, ergens rond de 10 procent gaat uitkomen, was vroeger residentieel. Tegenwoordig beginnen de verpaupering en verkleuring zich al aardig door te zetten – de notarissen en specialisten en directeuren die hier vroeger woonden hebben zich teruggetrokken in hun megalomane villa’s in het bosrijke gebied ten zuiden van de stad. Zwembaden, SUV’s op de oprit en een robotmaaier die de godganse dag het gazon trimt. In de grootste huizen van Kristus-Koning – sorry, maar zo heet mijn wijk nu eenmaalwoont nog wel rijk volk, dat zie je aan de auto’s voor de deur, de alarminstallaties tegen de gevel en de afstand van trottoir tot brievenbus, maar de naambordjes bij de deurbellen van de kleinere woningen en appartementen spellen toch vooral exotische namen.

Dat inzicht is alvast de winst die ik boek met het bussen van folders. Want wat haalt het uit, eigenlijk? Wat is het rendement? Hoeveel van de zevenhonderd folders worden er gelezen? Hoeveel van de folders die worden gelezen brengen de lezer op andere gedachten, of op het door de folder beoogde gedacht tout court? Het aantal kan niet anders dan verwaarloosbaar zijn – ik mag er niet aan denken. Daarom focus ik tijdens het bussen op andere zaken. Zoals de demografische en sociologische samenstelling van mijn wijk. Hoe die de afgelopen zeg maar vijftig jaar drastisch veranderd is.

En gelukkig lopen er hier en daar ook nog levende mensen rond. In plaats van de flyer in hun bus te steken, overhandig ik hem rechtstreeks aan een stel dat net thuiskomt van boodschappen doen (ze laden uit de kofferbak van hun uit de kluiten gewassen Volvo met etenswaren gevulde draagtassen van de Delhaize). Mijn guitig uitgesproken mededeling dat het hier gratis informatie betreffende de nakende verkiezingen betreft wordt op een scheve glimlach onthaald. Tegen een mevrouw die duidelijk gehaast op vertrekken staat en mij toevoegt dat ik geen verkiezingsdrukwerk moet bussen want ze heeft al ‘genoeg oud papier’, zeg ik dat ze niets mist, dat er toch alleen maar flauwekul in mijn folder staat. Ze staart me verbaasd aan. En dan is er het duo dat in de inkomhal van een appartementsblok bij de deurbellen en brievenbussen staat te wachten op, ja, waarop eigenlijk? Ze hebben ook drukwerk bij zich, maar het heeft niets met verkiezingen te maken, wel met uitverkorenheid. ‘Aha,’ zeg ik. ‘Jullie zijn ook boodschappers!’ Ze kijken me aan alsof ze het in Keulen horen donderen, wat mij een banbliksem ontlokt: ‘Jullie brengen de Blijde Boodschap, maar ik breng een Realistische Boodschap.’

Op weg naar de volgende brievenbus vraag ik me af of de paar zielen die ik – misschien! – met mijn zevenhonderd folders win kunnen opwegen tegen de 144.000 uitverkorenen waarop die twee proselietenmakers mikken.