DIMINUTIEF
‘Bij een bombardement op Gaza zijn vandaag 34 kindjes omgekomen.’ Neen, zo zal men het nooit zeggen. Men zal het hebben over kinderen of zelfs minderjarigen. Waarom klinkt dat diminutief – in het Antwerps kientjes – in de Gaza-zin als een vloek, terwijl het ondertussen gebruikelijk is dat politici die zich met welzijn of onderwijs inlaten het hebben over, bijvoorbeeld, ‘opvangplaatsen voor kindjes in de crèches’. Achter deze verkleinvorm schuilt een wereld van connotaties. Waarom dat betuttelende, vergoelijkende met-de-handschoentjes-aan? Die manipulatieve taalvervuiling ergert mij. Je hebt baby’s, peuters, kleuters, pubers, jongvolwassenen. Noem ze dan ook zo, en laat dat infantiele kindjes achterwege.