notitie 403
ECO-ETHIEK
Een Facebookvriend – of Facebookcontact, zoals ik mijn Facebookvrienden eigenlijk liever noem – noemde Jaag je ploeg over de botten van de doden van Olga Tokarczuk nogal resoluut ‘immoreel’ en zei dat hij daardoor niet in staat was er enige literaire kwaliteit in te ontwaren. Ik ben het totaal niet eens met zijn argument: een gebrek aan ethiek staat volgens mij esthetische kwaliteit niet in de weg. (Net zoals een moreel hoogstaand kunstwerk geen kwaliteit garandeert.) Dat Céline een rabiate antisemiet is en Houellebecq een islamofobe, Gauloises vretende mafkees, belet mij niet sommige van hun boeken meesterwerken te vinden.
Maar goed, die discussie is al tot in den treure gevoerd.
Het vreemde is dat ik, nu ik Jaag je ploeg… heb uitgelezen, niet anders kan dan zeggen dat het a) een zeer goede roman is en b) een hoogst moreel boek. Helemaal niet immoreel dus. Tokarczuk schuift een aantal weliswaar controversiële maar dan toch ook zeer goed doordachte en geargumenteerde ethische stellingnames naar voren. Ik kan niet anders dan het vreemd vinden dat mijn Facebookcontact, toch ooit een literair recensent met een zekere renommee, dit boek totaal verkeerd gelezen heeft.
Het bekt niet goed, maar je zou Jaag je ploeg over de botten van de doden een eco-ethische roman kunnen noemen. Tokarczuk denkt na over de ethische dimensie van een consequent ecologisme en van een tot zijn uiterste consequenties doorgevoerde verdediging van dierenrechten. De roman lijkt bij momenten zelfs een filosofische verdediging in te houden van een extreem activisme à la Extinction Rebellion, een beweging die nadrukkelijk de grenzen van het ethisch en maatschappelijk aanvaardbare opzoekt.
Het hoofdpersonage, Janina Duszejko, is een oude vrouw die in een landelijk gebied vlakbij de grens tussen Polen en Tsjechië een teruggetrokken bestaan leidt. Deze overjaarse, voor de buitenwereld wat gek ogende, rare hippie is huisbewaarster van enkele in de winter onbewaakte tweede verblijven, geeft les in een lagere school en houdt zich in haar vrije tijd onledig met astrologie en met het vertalen van William Blake – aan een van diens regels is overigens de titel van de roman ontleend. En daarnaast probeert deze juffrouw Duszejko zo milieubewust mogelijk te leven. Ze eet geen vlees en onderhoudt een nauwe relatie met dieren, van de kevers in de bosgrond tot de reeën die in de omgeving vrij rondlopen.
Janina’s grootste vijand zijn dan ook de jagers, slachters en pelskwekers. En dat zijn allemaal zeer viriele mannen, die met het substituut van hun penis dieren neerknallen. Enkele van die mannen komen om het leven op wat men dan mysterieuze wijze noemt. Janina legt de moorden, want dat zijn het, uit als betrof het een wraakoefening van de dieren.
Het argument van onze recensent om de roman immoreel te noemen, was dat de misdaden die met deze mysterieuze overlijdens in verband staan ongestraft blijven. Tokarczuk zou in die optiek het doden van mensen die niet vriendelijk met dieren omgaan goedpraten.
Niets is natuurlijk minder waar.
Wat Olga Tokarczuk doet is onderzoeken welke ethische consequenties een doorgedreven ecobesef heeft. Dat het milieu naar de knoppen gaat, is de aanwijsbare schuld van de mens. De ethische vraag is of het nog verdedigbaar is om niets te doen als je weet dat het grote geheel naar de verdoemenis gaat. ‘[D]e waarheid is dat wie Woede voelt en niet handelt, de epidemie verspreidt.’ (66) Die waarheid is ‘te zwaar [...] om te dragen’ (243). De mens kan zich daar enkel met verdringing tegen wapenen: ‘de menselijke psyche is gemaakt om ons te beschermen tegen het zien van de waarheid’. We leven, elk apart want ieder heeft ‘zijn eigen versie’ (242), in een soort van collectieve ontkenning.
Hier en daar is een individu wel sterk genoeg om de waarheid onder ogen te zien. Juffrouw Duszejko, die door haar ogenschijnlijke oninteressantigheid buiten elke verdenking staat, is zo iemand. Zij is niet bereid om medeplichtig te zijn aan het grote onrecht dat de dieren in het bijzonder en de natuur in het algemeen wordt aangedaan. Zij trekt haar conclusies. ‘Hoe kan het dat niemand iets doet aan al dat kwaad dat zich om ons heen verbreidt? (…) Daar kun je mee leven als het om onbelangrijke zaken gaat, waar je amper hinder van hebt, maar niet als het om zinloze, alomtegenwoordige wreedheid gaat.’ (277) Wat juffrouw Duszejko’s conclusies inhouden, laat zich raden.
Juffrouw Duszejko heeft geen last van haar geweten. (277) Maar betekent dit dat Tokarczuk haar daden goedpraat? Geenszins. Niet voor niets stelt zij haar hoofdpersonage voor als een zottin die niet alleen gelooft dat de dieren bij machte zijn om wraak te nemen, maar die ook nog eens gelooft in astrologie, dit wil zeggen: in het denkbeeld dat de stand der sterren ons gedrag bepaalt. Zij, Duszejko, zegt slechts uit te voeren wat de dieren haar opdragen te doen en waartoe zij, gezien de astrologische gedetermineerdheid die haar doen en laten bepaalt, gedwongen wordt. Zij kan bijgevolg niet verantwoordelijk worden gesteld voor haar daden, en dat is uiteraard de enige manier waarop het voor Tokarczuk mogelijk is haar niet te veroordelen. De Nobelprijswinnares Literatuur 2018 zet in de redenering wel degelijk de eerste twee stappen – 1. de mens is verantwoordelijk voor de teloorgang van de natuur en 2. de enige manier om daar een eind aan te stellen is de mens te elimineren – maar zij kan er zeker niet van worden beschuldigd om te besluiten tot 3. een vrijbrief om dan maar tot die eliminatie over te gaan. Want inderdaad, dieren kunnen de mens niet bevelen om wraak te nemen, net zomin als sterren in staat zijn om ons gedrag te bepalen. Dat zou elke literatuurrecensent toch moeten weten. Wat er dan wél moet worden gedaan om het tij te keren – ja, dat is de grote vraag natuurlijk.
Jaag je ploeg over de botten van de doden is een uitstekend geschreven en ook spannend boek, dat de aandachtige lezer een aantal buitengewoon prangende en interessante vragen doet stellen en, voor zover dat nog nodig was, hem of haar een eco-ethisch besef bijbrengt.
Olga Tokarczuk, Jaag je ploeg over de botten van de doden (vertaling (2020) door Charlotte Pothuizen en Dick Zijlstra van Prowadź swój pług przez kości umarłych (2009))