230403
▲ Nooit eerder stond ik zo hoog op een ladder. De hoogtevrees zit tussen mijn oren, denk ik tussen mijn oren. Drie uitschuifbare delen met elk wel vijftien sporten en ik moest tot boven op het tweede deel, op een derde van de top, om daar het koord los te maken waarmee de ladder was vastgemaakt aan de stelling. Dat losmaken diende met één hand te gebeuren want de licht wiebelende ladder helemaal loslaten, dat durfde ik niet want achter mij trok de diepte aan mij. De knoop was gelukkig niet strak, en dus lukte het. Ik was blij dat ik even later terug met beide voeten op de grond stond.
Krijsende slachtoffers die uit een dichte veewagen werden gedreven en in paniek een betonnen hellingbaan af renden in de richting van mannen die met een rubberen schort voor en met rubberlaarzen aan, gewapend met een taser in een centimeters diepe bloedplas stonden, flitsende messen die kelen doorsneden, naakte lichamen die met kettingen om de achterpoten waren opgehangen en naar reusachtige klapdeuren werden getransporteerd, waarachter een witte vlammenstraal oplaaide, waarna de rondtollende karkassen in kokend water door ronddraaiende trommels met stalen tanden werden schoongespoeld, jankende cirkelzagen, stapels varkenskoppen met opengesperde ogen en bek, vaten met glanzende ingewanden die werden leeggekieperd, waarna de inhoud via steile blikken stortkokers naar brullende maalmachines gleed, die er hondenvoer van maakten.
Ian McEwan, Lessen (vertaling door Harm Damsma en Niek Miedema (2023) van Lessons (2022)), 91